© Jorgo Kokkinidis
Grote grazers
De natuurgebieden in het RivierPark Maasvallei worden beheerd door Limburgs Landschap vzw, Natuurpunt, Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en ARK Rewilding Nederland. Om deze ruige natuur goed te beheren zetten zij “grote grazers” in. Langs de Maas zie je bijna uitsluitend gallowayrunderen en konikpaarden.
Grote grazers hebben een sleutelrol in de ontwikkeling van deze nieuwe wilde natuurgebieden. Galloway-runderen snoeien in de winter bomen en struiken. Het zijn robuuste grazers die een halflange grasmat achterlaten. Voor het beheer van deze grasmat zorgen de konikpaarden. Zij eten van het kortere gras en snoepen van de lekkerste kruiden. Samen zorgen zij er in de winter voor dat het gebied niet helemaal dicht groeit met wilgen. Door deze variatie aan begrazing door runderen en paarden ontstaat in het gebied een steeds veranderende lappendeken van open grasland, ruigere struwelen en bosjes.
Deze manier van natuurbeheer werkt alleen als we deze dieren gewoon hun gang laten gaan. Dat wil zeggen dat de dieren hun plan moeten trekken én dat ze mensenvreemd zijn. Mensenvreemd moeten zijn zelfs! Indien we de dieren als bezoeker gaan aaien en voederen, leren de dieren op een andere manier aan voedsel geraken.
De dieren zullen dan bijvoorbeeld zelf op een brute en wilde manier in de tassen van mensen gaan neuzen. Dat wil je als bezoeker niet meemaken. Hierdoor verliezen de grote grazers ook hun kracht en werking in het gebied en in de kudde. Met als gevolg dat deze dieren verwijderd moeten worden.
Waar moet je op letten?
- niet aaien
- niet voederen
- kudde niet doorkruisen
- houd altijd afstand, minstens 25 m
- houd honden altijd aan de leiband
Grote grazers in de winter
Het lijkt zo zielig, een galloway in de sneeuw. Maar laat je niet bedotten. Zowel de koniks als de galloways zijn er volledig op voorzien om zonder hulp de winter door te komen. In de zomermaanden eten ze hun buikje rond en bouwen ze vetreserves op. In de herfst komt daar nog een warme jas bij en ze kennen uiteraard de beste beschutte plekjes. Echt kou lijden doen ze niet. Ze verliezen gewicht in de winter, maar dat hoort bij de natuurlijke cyclus. Het winters dieet doet de overtollige zomerkilo’s verdwijnen en houdt de dieren zelfs in goede gezondheid. Bijvoederen mag dus helemaal niet! Alleen in extreme situaties worden de dieren bijgevoederd door de bevoegde natuurbeheerders.